Jaarlijks komt er ruim 82.000 ton (droge stof) aan natuurgras vrij voor bewerking. Bij het beheer van graslanden door natuurorganisaties komen jaarlijks duizenden tonnen los maaisel vrij. Waar deze biomassa beschikbaar is en de hoeveelheid is in kaart gebracht. Daarnaast is er een economische analyse van gemaakt en een financieel model uitgewerkt.
Avans Hogeschool onderzocht in Vlaanderen en Noord-Brabant waar de biomassa beschikbaar is, welke typen biomassa dat zijn én hoeveel van deze biomassa beschikbaar zou moeten zijn voor bewerking. Dat deed ze in het Dommeldal en de Vallei van de Zwarte Beek, het Grenspark De Zoom – Kalmthoutse Heide en Altena -Biesbosch/Vlijmens Vennaar (gebieden onder beheer van GrasGoed partners). Dit is eenduidig onderzocht door toepassing van de Van Meerbeek typologie voor de verschillende soorten natuurgras. Dit geheel is in kaart gebracht:
Bekijk het resultaat op de kaart
Betreffende de hoeveelheden is de inventarisatie van de totale hoeveelheid natuurgras die beschikbaar is voor bewerking doorgetrokken voor Noord-Brabant en Vlaanderen. In Noord-Brabant komt er jaarlijks ca. 42.000 ton (droge stof) aan natuurgras vrij voor verwerking, in Vlaanderen is dit ca. 40.000 ton (droge stof) natuurgras en heide.
“In Noord-Brabant en Vlaanderen komt er jaarlijks ca. 82.000 ton aan natuurgras vrij”
Naast een inventarisatie is er ook een economische analyse gedaan, er is een financieel model uitgewerkt dat het kosten en baten van de hele productie keten van natuurbeheerder, transporteur naar de verwerking tot een product in kaart brengt. Uit het model valt te leren dat te kleinschalig regionaal verwerken van het gras op korte afstand van de oogstlocatie tot te hoge investeringslasten leidt, maar dat te grootschalige verwerking gezien het transport over grote afstanden tot hoge transportlasten leidt. Het financieel model is met name interessant voor natuurbeheerders en verwerkers van het gras. In het voorjaar wordt het model gepubliceerd.
